Hoe kunnen zorgprofessionals postoperatieve wondinfecties voorkomen? Er is een nieuwe richtlijn ontwikkeld die actuele handvatten biedt voor alle betrokkenen bij operatieve ingrepen in ziekenhuizen en zelfstandige behandelklinieken. De richtlijn vervangt de verouderde WIP-richtlijn Preventie van postoperatieve wondinfecties uit 2006.
Een postoperatieve wondinfectie kan het herstel van een patiënt vertragen en de kans op complicaties vergroten. De nieuwe richtlijn beschrijft maatregelen die zorgverleners voor, tijdens en na een operatie kunnen nemen om het risico op wondinfecties te verkleinen. Deze update was nodig vanwege veranderde inzichten en nieuwe ontwikkelingen in de zorg.
Inhoud van de richtlijn
In de richtlijn komen de volgende onderwerpen aan bod:
- chirurgische antimicrobiële profylaxe
- darmvoorbereiding
- huiddesinfectie
- preoperatieve immunonutritie
- hyperoxygenatie
- doelgericht vochtbeleid (normovolemie)
- wondirrigatie
- negatieve druktherapie
- triclosan gecoate hechtingen
- deurbewegingen
- normothermie
- immunosuppressieve middelen
- glykemische controle
- antimicrobiële afdichtingsmiddelen
- wondbeschermers
- preoperatief douchen
- preoperatief verwijderen van haar
- chirurgische afdekmaterialen en operatiejassen
- chirurgische handschoenen
- patiëntbetrokkenheid
- surveillance.
Samenwerking
De richtlijn is ontwikkeld door twee multidisciplinaire werkgroepen op initiatief van: de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH (Nederlandse Vereniging voor Heelkunde )) en het Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie (SRI (Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie )). Hierbij waren betrokken:
- chirurgen (NVvH)
- medisch microbiologen (NVMM (Nederlandse Vereniging voor Medische Microbiologie ))
- anesthesiologen (NVA (Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologen ))
- orthopeden (NOV (Nederlandse Orthopaedische Vereniging ))
- thoraxchirurgen (NVT)
- neurochirurgen (NVN)
- plastisch chirurgen (NVPC)
- dermatologen (NVDV (Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie ))
- gynaecologen (NVOG (Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie ))
- kinderartsen (NVK)
- internisten (NIV/NVII (Nederlandse Vereniging van Internist-Infectiologen ))
- deskundigen infectiepreventie (VHIG (Vereniging voor Hygiëne en Infectiepreventie in de Gezondheidszorg ))
- verpleegkundigen (V&VN (Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland ))
- patiëntvertegenwoordigers (PFNL (Patiëntfederatie Nederland )).
Het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten heeft het traject begeleid. Financiering is afkomstig van de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS).
Meer informatie
Je kunt de SRI-richtlijn